Het Brexit circus

Met nog minder dan een maand tot het eind van de transitieperiode, zijn de gesprekken tussen het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie in de absolute eindfase beland. Die verloopt zoals verwacht onstuimig, met stoere taal en dreigementen aan beide kanten. Zeer recent liet bijvoorbeeld Frankrijk weten dat het niet zal aarzelen een veto in te zetten bij een “slechte” deal. Daarnaast lekte afgelopen zondag via de Britse pers uit dat het Britse kabinet Boris Johnson steunt als hij besluit van de onderhandelingstafel weg te lopen. De onderhandelingen lopen (nog steeds) vast op drie cruciale dossiers: visserij, eerlijke concurrentie en de problematiek rond de Ierse grens.

Visserij

Hoewel Brussel niet snel uit de onderhandelingen zal stappen, is de nervositeit en frustratie aanzienlijke gegroeid de afgelopen week. De Europese Unie zit duidelijk aan haar pijngrens, vooral bij de concessies die ze moet doen op visserij. Toegang tot de Britse viswateren ligt politiek erg gevoelig. De Britten willen de controle terug over hun viswateren, de Europese Unie ziet het liever dat de bestaande toegang van EU-vissers tot die wateren behouden blijft. Met name de Franse president Macron roert zich in dit debat, hij vreest voor woedende Bretonse vissers die in Parijs amok gaan maken.

Eerlijke concurrentie

Naast visserij gaat het de Europese Unie ook om eerlijke concurrentie. Als het Verenigd Koninkrijk na 1 januari zonder tarieven en quota toegang wil tot de EU-markt, moet het de EU-regels voor staatssteun, milieu, veiligheid en de sociale standaarden blijven volgen. De Europese lidstaten voelen niets voor een “China aan de Theems”:  een grote economie die met lagere standaarden Europese bedrijven kapot concurreert.

De EU wil een harde garantie dat Londen dus niet onder de bestaande standaarden duikt en de EU volgt als die haar regels aanscherpt. Andersom zou dit ook gelden: als het Verenigd Koninkrijk de lat hoger legt, moet de EU aansluiten.

Ierse grens

Toch is het uiteindelijk de Britse premier Johnson die de moeilijkste besluiten zal moeten nemen. Voor hem zijn de gevolgen van een mislukking veel groter dan voor de EU. De premier staat onder zeer zware druk van de Brexiteers binnen zijn eigen fractie die niet terugdeinzen voor een No Deal. Soevereiniteit is een heilig begrip voor deze harde kern. Te veel inleveren op visserij of te veel Europese regels die gevolgd moeten worden en zij zullen niet aarzelen om hun steun in te trekken.

Dat Johnson de woede van de Brexiteers daarom niet verder wil aanwakkeren is duidelijk. Deze week behandelt het Lagerhuis opnieuw het omstreden wetsvoorstel waarmee de Britse regering de gemaakte afspraken over de grens op het Ierse eiland wil schenden. Als de ruzie met de EU over dat voorstel opnieuw escaleert, kan dat alle geboekte voortgang over een handelsakkoord verpesten.

Johnson’s valkuil

Tegelijkertijd zal ook Johnson beseffen dat een No Deal zijn politieke leven in 2021 en daarna moeilijker maakt. Johnson heeft de politieke prijs voor een akkoord eigenhandig hoog opgedreven met zijn bewering dat het Verenigd Koninkrijk “geweldig zal floreren” als er geen deal met Brussel komt. Maar feit is dat bijna de helft van de Britse export voor de EU is bestemd. De premier zal zich dan ook moeten verantwoorden voor een eventueel nog grotere economische terugval, terwijl hij jarenlang beweerde dat een handelsakkoord met de EU een fluitje van een cent was. En die economische schade kan in Schotland de steun voor onafhankelijkheid doen toenemen en hernieuwde instabiliteit in Noord-Ierland aanwakkeren.

Vooruitzichten

Op moment van schrijven van dit artikel zijn de vooruitzichten somber met betrekking tot een Brexit deal. Is er tegen eind december geen handelsverdrag, dan handelen Groot-Brittannië en de Europese Unie vanaf 1 januari volgens de regels van de Wereldhandelsorganisatie. Dat betekent importheffingen en allerhande niet-tarifaire belemmeringen, met een grote invloed op de handelsstromen over het Kanaal tot gevolg.

John Lowe