in ”Amerikaans economisch nieuws” Kijken wij elke week terug op het belangrijkste economische nieuws van de afgelopen week.
Nieuwe aanvragen voor een eerste werkloosheidsuitkering daalden vorige week tot een dieptepunt, wat aangeeft dat minder mensen hun baan verliezen ondanks de heropleving van gevallen van coronavirus. Het ministerie van Arbeid meldde dat de eerste aanvragen voor werklozen met 12.000 zijn gedaald tot 375.000, wat overeenkomt met de prognose. Nieuwe claims waren vorige maand gedaald tot een pandemie-laagte van 368.000, voordat een tijdelijke toename plaatsvond die waarschijnlijk verband hield met seizoensschommelingen in de werkgelegenheid in de zomer.
Het aantal vacatures in de Verenigde Staten steeg in juni tot een record van 10,1 miljoen, zo meldt het Labour Department, het vierde record op rij. Economen hadden verwacht dat het aantal vacatures met 9,3 miljoen zou stijgen. De gegevens zijn het bewijs dat de arbeidsmarkt verstevigt en bedrijven blijven zoeken naar werknemers. Sommige economen beginnen te anticiperen op de sterke arbeidsmarktgegevens die de Federal Reserve in staat zullen stellen om dit najaar te beginnen met het afbouwen van haar obligatieaankopen.
Het optimisme onder de eigenaren van kleine bedrijven in het land nam in juli af nadat het het hoogste niveau had bereikt sinds de verkiezingen van november vorige maand. De National Federation of Independent Business (NFIB) meldde dat de index met 2,8 punten was gedaald tot 99,7. Uit het onderzoek bleek dat ondernemers het vertrouwen in de kracht van de economie verliezen en een vertraging van het scheppen van banen verwachten. Eigenaren die in de komende zes maanden betere zakelijke omstandigheden verwachtten, daalden met acht punten tot een netto negatieve 20%. Nog steeds was netto 27% van de eigenaren van plan om in de komende drie maanden nieuwe banen te creëren.
De consumentenprijsindex steeg in juli met 0,5%, wat overeenkomt met de consensusprognose. De maatregel die de vaak volatiele voedsel- en energiecategorieën elimineert, de zogenaamde “kerninflatie”, steeg echter met minder dan 0,3%. Die maatregel vertraagde tot een jaarlijks percentage van 4,3% van 4,5%, het hoogste punt in 29 jaar. De belangrijkste drijfveer achter de matiging van de kern-CPI waren de prijzen van gebruikte auto’s, die slechts 0,2% stegen na een stijging van 30% van maart tot juni. Federal Reserve-functionarissen blijven geduldig en beschouwen de verrassende stijging van de inflatie als “grotendeels van voorbijgaande aard”. De meeste economen lijken het daarmee eens te zijn, maar er blijft onzekerheid bestaan.
De groothandelsprijzen stegen opnieuw en stegen in juli voor de zesde maand op rij fors en er zijn geen aanwijzingen dat de inflatiestijging bijna haar hoogtepunt bereikt. Het Bureau of Labor Statistics meldde dat de Producer Price Index (PPI) vorige maand met maar liefst 1% is gestegen. Economen hadden slechts een voorschot van 0,6% voorspeld. In het rapport was het grootste deel van de stijging geconcentreerd in diensten zoals vliegtickets en hotelkamers te midden van de golf van reizen deze zomer.
– Ramon Jongschaap –